Horeca-ondernemers breken zich het hoofd over steuncijfers

Even zag horeca-ondernemer Kosta Tasi een Italiaans streepje zon aan de donkere hemel tijdens de tweede lockdown. Twee ervaren krachten zeiden dat ze wel een stapje opzij wilden zetten om hun baas financieel wat lucht te geven. Totdat financieel adviseur Hans Huiberts er zijn rekenmachine bij pakte om te bekijken wat dat voor de NOW-subsidie zou betekenen. Tasi zou niet €7200 op zijn loonkosten besparen, zoals hij hoopte, maar er zelfs een kleine €3000 bij inschieten.

Tasi (50) is al vijftien jaar eigenaar van La Dolce Vita, een Italiaans restaurant dat anderhalf jaar geleden de overstap waagde van Son en Breugel naar het centrum van Eindhoven. ‘Mijn chef en sous-chef wisten dat ik daarvoor flink had geïnvesteerd. Toen we in oktober voor de tweede keer dicht moesten, vonden ze het beter dat iedereen een beetje zou verliezen dan één man alles. Ze waren bereid per 1 december ontslag te nemen, met de afspraak dat ze bij de heropening weer als eersten in dienst zouden komen.’ De eigenaar van La Dolce Vita gaat er niet vanuit dat hij voor de kerst nog open gaat.

De twee chefs, al vijf jaar bij hem dienst, zouden terugvallen op een WW-uitkering. Dat is 75% van hun normale loon. Tasi zou zonder zijn twee duurste krachten op de loonlijst weer wat financiële armslag krijgen. In de zomer draaide hij dankzij terras en shifts van twee maal dertig gasten per avond in het weekend weer goeie omzetten. Sinds half oktober staat alles weer stil. De Belastingdienst verleent dan wel uitstel, maar de blauwe enveloppen blijven zich opstapelen. Ook de huur van het pand loopt door.

Snelheid

Na het resolute ‘nee’ van de rekenmachine voelt Tasi zich machteloos. ‘Ik heb collega’s in Italië die bij de eerste lockdown €600 hebben gehad en sindsdien niets meer. Dus voelt het raar om te klagen. Maar dit raakt mijn ondernemershart. Het verbaast me dat ik er geen euro mee zou opschieten en zelfs duurder uit zou zijn.’

De officiële instanties zeggen dat Tasi’s ervaring laat zien dat de NOW-regeling precies doet wat de bedoeling is, namelijk bedrijven en banen in stand houden zolang de economie door het virus stilstaat. Maar Koninklijke Horeca Nederland en andere ondernemersclubs worstelen al langer met het door overheid en media uitgedragen maar volgens hun onjuiste beeld dat de belastingbetaler 90% (en vanaf oktober 80%) van hun loonkosten heeft overgenomen.

Een berekening van Huibers laat zien dat Tasi dit kwartaal met 76% minder omzet nog net geen 60% van zijn salariskosten vergoed krijgt. Als het ontslag was doorgezet, zou de tegemoetkoming zijn gedaald tot 50% van de (lagere) loonkosten, maar zou netto dus bijna €3000 lager zijn uitgekomen.

En dat terwijl de NOW3, die van oktober tot januari loopt, juist expliciet ruimte schept voor reorganisaties. Pas bij 10% lagere loonsom vindt een correctie plaats. Tasi zou ruim over die drempel komen. ‘Je komt in de NOW rare dingen tegen die in de snelheid niet goed zijn doordacht’, merkt Huibers op, die enkele tientallen horecaklanten in zijn praktijk heeft.

‘Fout in opzet’

De regeling brengt veel ingewikkeld gecijfer met zich mee. Uit de berekeningen die Huibers momenteel voor de ondernemers maakt, blijkt volgens hem dat de tegemoetkomingen bij lange na niet voldoende zullen zijn om te voorkomen dat bedrijven kopje-onder gaan. Dat komt mede doordat bedrijven volgens zijn berekeningen bij zwaarder omzetverlies naar verhouding juist minder compensatie krijgen.

Uitgaande van de sectornorm dat 34% van de omzet naar personeel gaat, ziet Huiberts dat ondernemers bij 30% omzetverlies 90% van hun loonkosten uit de overblijvende omzet plus NOW kunnen betalen. Dat is zelfs meer dan de 80% die de regeling beoogt te vergoeden.

Maar de situatie verandert zodra het omzetverlies de 60% overstijgt: dan duiken ze onder die norm. Als de omzet totaal wegvalt, is de dekkingsbijdrage in de loonkosten nog maar 67%. Ook de Tegemoetkoming Vaste Lasten (TVL) benadeelt bedrijven met de grootste omzetdalingen, aldus Huiberts.

Aangezien de horeca volgens het UWV dit kwartaal gemiddeld 75% omzetverlies opgeeft en de scheve subsidie-opbouw doorwerkt in het bedrijfsresultaat zullen deze horecazaken onevenredig zware verliezen lijden, is dan ook zijn verwachting. ‘Dat is echt een fout in de opzet.’

Bron: FD.nl

WAT IS WIJSHEID, méér economie of méér doden?

De laatste week gaan er steeds meer stemmen op die pleiten voor het openstellen van de economie en daarmee een aantal extra doden maar voor lief nemen.

Wie de wijsheid in pacht
heeft mag het nu zeggen

Als je gezond bent, niemand in je familie is overleden aan Corona en je bent niet één van de 8000 zorgverleners die met Corona is besmet, begrijp ik dit standpunt.

En als je géén verstand van een virus als COVID-19 hebt dat constant muteert en het beschouwt als een ernstige griep die vanzelf overwaait, begrijp ik het ook. Een paar duizend toch al oude mensen meer of minder die dood gaan maakt niet uit toch?

Maar stel nu dat we te snel willen gaan en net gaan doen of er teweinig aan de hand is? Café’s, restaurants, bioscopen, de scholen …. alles weer langzaam op gang. In het begin geloven we stellig in de 1,5 meter politiek maar dat is een kwestie van korte tijd en dan wordt het een meter, 50 centiemer (geen typo), want wie controleert ons ?

Wie het laatst lacht,
lacht het best!

En dan … als COVID-19 (in het najaar) terug is (zie China nu al) en nog harder toeslaat en ook jongeren meepakt in haar glorietocht van dood en verderf? En als dan de economie helemaal op slot moet en we met z’n allen kopje onder gaan? Wat dan?

Laat het niet
het virus zijn
dat het laatst lacht

Laten we echt blij zijn met een intelligent Kabinet dat intelligente afwegingen maakt.

Wees blij dat je in Nederland woont en niet in België of Frankrijk waar een Macaron (geen typo) regeert en de lockdown niet intelligent maar finaal (fataal) is. Het is de meest ellendige tijd die we na de Tweede Wereldoorlog meemaken. We hebben er niet om gevraagd, maar het is als een dief bij nacht binnengeslopen.

Ik heb de wijsheid niet in pacht en ben één van de (beste) stuurlui die aan de wal staan. Ik sta te popelen dat de economie morgen weer in volle vaart gaat draaien, maar ik wil niet dat het COVID-19 virus is die het laatst en dus het beste lacht.

“SLAAP” SURSEANCE, de beste uit(stel)weg in crisistijd

Een nieuwe oplossing voor bedrijven die door de COVID-19 crisis ten onder dreigen te gaan!

Dat veel bedrijven in een echte crisissituatie terecht komen en ook buiten noodregelingen vallen staat buiten kijf. Wat moet je doen als je een levensvatbaar bedrijf hebt dat door de crisis letterlijk plat ligt. Het is dan slikken of stikken en het faillissement aanvragen is vaak de enige optie. De vraag is of er echt geen andere oplossingen zijn.

Wat is een efficiënte crisisoplossing?

Een faillissement levert een onomkeerbare situatie op. Met andere woorden: er is geen weg terug. Een ander middel dat in deze crisisomstandigheden uitstekend kan werken is de (aloude) surseance van betaling en dan in (iets) aangepaste vorm. Surseance van betaling is een middel dat ondergesneeuwd is geraakt en vaak wordt “afgedaan” als een manier om een faillissement te vertragen.

De “slaap” surseance van betaling als oplossing

Als de surseance van betaling direct nieuw leven wordt ingeblazen en wordt aangepast naar “slaap” surseance is dit het perfecte middel voor gezonde bedrijven die door de crisis lamgeslagen zijn en tot na de crisis in een slaapstand moeten worden gebracht.

Géén wetswijzigingen

De “slaap” surseance van betaling (zo noem ik deze crisisvorm) kan binnen de werking van art. 214 van de Faillissementswet blijven, maar de drempel om surseance aan te vragen moet worden verlaagd. De aanvragen moeten digitaal plaats kunnen vinden en te worden voorzien van een verklaring van een accountant waaruit de levensvatbaarheid van het bedrijf blijkt. Het toezicht (de bewindvoering moet heel eenvoudig worden gemaakt en een door de rechtbank benoemde deskundige moet erop toezien dat een bedrijf echt in de slaapstand gaat en ook onder dit toezicht wordt geheractiveerd als de crisis voorbij is. Tijdens de “slaap” surseance mogen er beslist geen activiteiten (kunnen) plaatsvinden.

Praktische uitvoering

De invoering van de “slaap” surseance zal een grandioze oplossing zijn om kansrijke bedrijven door de crisis heen te helpen. Zij zijn immers niet alleen verlost van variabele maar ook van vaste lasten. Een bedrijf in “slaap” surseance gaat dus echt op slot en alle verplichtingen houden op te bestaan tot na de opheffing van de surseance.

Een “slaap surseance” wordt in het begin voor een periode van 2 maanden verleend en kan telkens op een simpele manier met een maand worden verlengd. Een “slaap surseance” eindigt van rechtswege binnen een maand nadat de intelligente lockdown is beëindigd. Met het bedenken van de “slaap” surseance hoop ik een inventieve oplossing te hebben aangedragen voor bedrijven die belangrijk onderdeel uitmaken van de Nederlandse economie en na de crisis onmisbaar zijn.